De dag ervoor het sap van de noordkrieken afgieten en een kleine hoeveelheid af nemen voor de puddingpoeder in op te lossen.

Het overige met de suiker koken, binden met de opgeloste puddingpoeder en even laten doorkoken.

Van het vuur de krieken onder mengen en laten afkoelen.

Melk koken, regelmatig roeren om aanbranden te voorkomen.

Als de melk kookt het vuur lager zetten en al roerend met de klopper de rijstgriesmeel en suiker onder strooien.

Lichtjes aan de kook brengen al roerend, op een laag vuur verder laten garen. Regelmatig omroeren tot de rijstgriesmeel gaar is. Op het laatst als het begint aan te zetten op waakvlam of volledig af zetten.

Vul met een schenkkan de potjes 1cm. van de rand.

Laten afkoelen en in de koeling plaatsen.

Bovenop de koude krieken met saus scheppen en eventueel afwerken met slagroom.